maandag 29 september 2014

woensdag 27 juni 2012

Psychose: een wereld van symbolen

"We were communicating with you through symbols. It is a language that you love to read. When you’re in that state everything is poetry. The trees speak, the statues move, the wind dances, the oceans moan, the crystals sing. All life carries symbols of its vibration. You are not of the world of ones and zeros. You are a poetic vibration." (by Hermes, Korinne W.'s guide)

(vrije vertaling) " We communiceerden met jou via symbolen. Het is een taal waarvan je houdt. Wanneer je in die staat bent, wordt alles poëzie. Bomen spreken, standbeelden bewegen, de wind danst, oceanen zuchten, kristal zingt. Al wat leeft draagt symbolen van zijn/haar vibratie. Je behoort niet tot de wereld van enen en nullen. Je bent een poëtische vibratie." (door Hermes, Korinne W.'s gids)

Vandaag kreeg ik bovenstaand bericht binnen op facebook via een internet-kennis die ook al "psychoses" heeft gehad. Het sprak me zeer aan, omdat ikzelf, wanneer ik in een veranderde bewustzijnsstaat ben (psychose), ook de wereld van de symboliek binnentreed. Alles krijgt dan een (symbolische) betekenis voor mij. Ik herinner me nog goed dat de beweging van de takken van de bomen niet zomaar een gevolg van het waaien van de wind was: mij kwam het ook voor alsof de bomen naar mij wuifden. Noem het betrekkingswaan als je wil, maar is het niet mooier om het te zien als een poëtische interpretatie van een - op het eerste zicht willekeurige - gebeurtenis?

vrijdag 25 mei 2012

Nieuwe blogtitel

Tot vandaag heette mijn blog BipolarGirl en was die te vinden onder een ander webadres. De naamsverandering is bewust gekozen. Ik heb psychoses gehad en daar draait het in deze blog om.

maandag 2 januari 2012

Verlichting

elke nacht

sluit ik mijn ogen

anders wordt het te licht

in mijn hoofd


ik val in slaap

verdwijn voor even

en word weer wakker

in wat je gelooft


elke nacht

sluit ik mijn ogen

zodat ik het licht

niet hoef te zien


het licht dat zo helder schijnt

dat je het best

af en toe uitschakelt

voor het je opslorpt misschien



(delen van dit gedicht zijn geïnspireerd

op de liedjestekst 'Just a Man" van Faith No More)



Dit gedicht gaat over de gevaren van slapeloosheid. Ik werd telkens 'psychotisch' na enkele slapeloze nachten. ik zet 'psychotisch' tussen aanhalingstekens omdat dit de term is voor een ziekte, terwijl ik eerder vind dat het om een emotionele of spirituele of identiteitscrisis gaat.

maandag 22 augustus 2011

Jennifers verhaal: een psychose doormaken op een natuurlijke manier

Jennifer uit Florida vertelt in dit filmpje* hoe ze op een natuurlijke manier (zonder medicatie) door het proces van psychose is gegaan. Belangrijk is dat je tijdens deze crisis goed omringd bent door mensen die je bijstaan en steunen, die je een veilige plek bieden en je niet beoordelen. Ze vergelijkt deze ervaring met hoe ze behandeld werd bij psychiatrische opname, waar de psychose op brutale wijze wordt onderdrukt: er is geen menselijke warmte; aanrakingen zijn er verboden, tenzij het is om vastgebonden te worden.

* de geluidskwaliteit is de eerste seconden niet goed, maar nadien wordt die beter.




vrijdag 19 augustus 2011

Het einde van de psychotherapie (Paul Verhaeghe)

Ik heb zonet het boek “Het einde van de psychotherapie” van Paul Verhaeghe gelezen. Ik heb niet alles evengoed begrepen: Je moet voor sommige hoofdstukken toch wel een serieuze basiskennis psychologie hebben, maar ik focus hier op kritiek die hij levert op de hedendaagse psychiatrie, de farmaceutische industrie en de maatschappij in zijn geheel. Ik heb hiervoor geput uit boekrecensies van vpro.nl, dewereldmorgen.be en atheneum.nl. Onderaan deze pagina vind je fragmenten en ideeën uit het boek. Ondanks de voor een leek af en toe te psychologisch-technische onderdelen, is het boek zeker een aanrader.

Stabiliteit, identiteit en zingeving

Verhaeghe probeert een antwoord te vinden op de vraag waarom klassieke therapievormen steeds minder werken. Verhaeghe legt de link tussen politiek, economie en de mens als individu. Het ‘nieuwe kapitalisme’, stelt hij, met haar roekeloze arbeidsritme en marktgerichte logica, tast stabiele sociale relaties aan.

De westerse wereld kampt met een depressie-epidemie. Volgens Verhaeghe is deze epidemie het resultaat is van het verdwijnen van identiteit. Een vorige generatie weekte zich los van iedere soort van autoritaire inmenging met als resultaat leeglopende kerken, gebroken gezinnen en carrièremakers die zelden langer dan een paar jaar voor hetzelfde bedrijf blijven werken. Depressie volgt wanneer door gebrek aan identiteit een mens zich ook niet meer zeker weet van het doel in het leven en op den duur ieder sociaal en ethisch richtingsgevoel verliest.

DSM en de farmalobby

Tegenwoordig gaat men ervan uit dat alle psychische problemen ziektes zijn, of gevolgen van erfelijke afwijkingen of slecht functionerende neuronen, die met medicijnen te bestrijden zijn.

Een aanzienlijk deel van het betoog van Verhaeghe richt zich tegen de huidige tendens van medicalisering en standaardisering van de geestelijke gezondheidszorg. Hij duidt die in hoofdzaak als tegenreactie op de antipsychiatrie van de jaren '70, toen de oorzaak voor psychische problemen exclusief werd gezocht bij de ('repressieve!') opvoeding en omstandigheden, en als een gevolg van physics envie, de behoefte om de geesteswetenschappen eenzelfde wetenschappelijke 'hardheid' te verlenen als de exacte wetenschappen.

De patiënt wordt in de huidige praktijk maar al te vaak gescand op de 'stoornissen' zoals beschreven in wat Verhaeghe de Bijbel - 'je gelooft erin of niet maar eraan ontsnappen is onmogelijk' - van de hedendaagse psychiatrie noemt: DSM (Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders). Dit diagnostisch handboek dat niet, zoals men zou verwachten, samengesteld werd door onafhankelijke wetenschappers maar eerder een allegaartje van meningen is. De samensteller is de Amerikaanse Psychiatrische Associatie, een belangenvereniging die ooit zelfs met een stemming besloot of homoseksualiteit al dan niet een categorie moest worden. De DSM methode valt dus moeilijk wetenschappelijk te noemen, en blijkt in de praktijk al helemaal niet bij te dragen aan een structurele oplossing. Erger nog, aan elke prefabdiagnose hangt ondertussen een verplichte dosis medicatie vast.

Over dit laatste is Verhaeghe duidelijk. Niet alleen beschrijft hij uitvoerig hoe overschat het therapeutische effect van veel medicijnen is. Hij wijst eveneens op de ongezonde greep van de farmalobby op het wetenschappelijk onderzoek naar die producten.

Verhaeghes voorstel om terug te keren naar een psychologische methode biedt een geruststelling. Hoewel de oplossing niet meer in een pilletje te vinden is, legt het de nadruk op een menselijker manier van omgaan met psychologische problemen. Niet langer regeren de zogenaamde allesbepalende genen en het wordt weer mogelijk jezelf te veranderen

Losse ideeën en fragmenten uit het boek

De tegenreactie op de antipsychiatrie heeft een stigmatiserende wijze van diagnosticeren opgeleverd in combinatie met een nooit geziene toename in het slikken van pillen.

Een paradoxale vaststelling: de eerste generaties die nooit honger, laat staan oorlog gekend hebben en een ongekend welvaartsniveau genieten, zijn ook die met de meeste depressies en het hoogste zelfmoordcijfer. De intieme noden van de mens worden niet beantwoord door een overvloedsmaatschappij.

Het zogenaamde ‘moderne management” is vandaag gericht op kortetermijnwinsten, net zoals politici alleen nog maar denken in termijnen van één kabinetsperiode. Nog even en “continuïteit” en “stabiliteit” worden vieze woorden. Iedereen moet blijven ‘groeien’, ‘flexibiliteit’ is een verplichting, en burn-out het gevolg.

De combinatie van een hang naar kortetermijnwinsten met het dalende belang van kennis en ervaring doet verdwijnen wat groepen samenhoudt: loyaliteit en solidariteit.

Hoe minder identiteit iemand heeft, hoe groter de behoefte is aan een rigoureuze groep, met als gevolg dat elke vorm van fundamentalisme aantrekkelijk wordt.

Wie nog durft beweren dat psychoses, gedragstoornissen, depressie, enz. met de omgeving te maken hebben, wordt in het beste geval meewarig bekeken, in het andere geval beschuldigd van ethisch incorrect optreden.

Veel zogenaamde depressies zijn geen klinische depressies, de diagnose wordt te snel gegeven, wat dan lijdt tot overdiagnose.

Tot op heden is er nog niets bewezen, zijn er nog geen genen voor psychische ziektebeelden ontdekt en wordt de kans daarop hoe langer hoe kleiner geacht.

Alle antipsychotische middelen – ook de nieuwe, zogenaamde ‘atypische’ – vertonen ingrijpende en bovendien bij langdurig gebruik ongeneeslijke bijverschijnselen.

Op grond van het huidige discours is er een zeer grote overdiagnose van wat ondertussen ‘disorders’ heet in combinatie met een heel enge medische en dus verkeerde visie op ethiologie en behandeling. En daar heeft de farmaceutische industrie zéér sterk toe bijgedragen.

De nieuwe tendens wordt voortdurend versterkt door de reusachtige promotiecampagnes van de psychofarmacaproducenten, de zogenaamde ‘Big Pharma”-groep. Hun constant herhaalde boodschap is even simpel als logisch: psychische stoornissen hebben alles te maken met een verstoorde werking van het zenuwstelsel en daar hebben we medicijnen voor. U ben dus ‘echt’ ziek, en niet zomaar ‘psychisch’ (lees: ingebeeld). Bovendien hoeft u zelf niets te doen, een pilletje volstaat. De publieke opinie gaat er daarbij van uit dat deze medicijnen ontwikkeld zijn op grond van onze kennis van de neurobiologische mechanismen bij depressie of schizofrenie en dat die pilletjes zeer efficiënt werken, zij het met een beperkt aantal vervelende nevenwerkingen.

De realiteit is volledig anders. Psychofarmacologische effecten van bepaalde medicijnen zijn bijna altijd toevallige ontdekkingen, gedaan in het kader van andere toepassingen. Hun specifieke werking bij een bepaalde ‘disorder’ is nauwelijks bekend, en vormt bovendien vaak de basis voor omgekeerde redeneringen (genre ‘hoofdpijn is het gevolg van een tekort aan aspirine in de hersenen’) De positieve effecten worden zwaar overschat, de neveneffecten zwaar onderschat. Altijd krijgen de duurste medicijnen de meeste promotie. Heel wat zogenaamd wetenschappelijk onderzoek dat effectiviteit en werkingsmechanismen aantoont, is gecamoufleerd promotiemateriaal van de producent.

De overschatting van de positieve effecten van bv antidepressiva heeft hoofdzakelijk te maken met de onderschatting van het placebo-effect.

Onafhankelijk onderzoek toont aan dat de therapeutische werkzaamheid bij de nieuwe , zogenaamde atypische antipsychotica vrij laag is, dat er nauwelijks verschillen zijn vergeleken met de oude antipsychotica, behalve dat de prijs van de nieuwe veel hoger ligt.

Negatieve onderzoeksuitslagen worden achtergehouden, de zorgvuldig uitgeselecteerde positieve resultaten krijgen des te meer promotie via allerlei ‘wetenschappelijke’ artikelen die hun overtuigingskracht putten uit zowel de namen van de auteurs als uit de reputatie van de tijdschriften. Waarbij de goegemeente niet beseft dat het leeuwendeel van deze studies uitgevoerd wordt onder supervisie van de farmawereld zelf, dat de zogenaamde auteurs meestal niet veel meer hebben gedaan dan het uitlenen van hun naam, dat ze nagenoeg steeds op de loonlijst van deze bedrijven staan voor zéér substantiële bedragen, dat negatieve onderzoeksresultaten systematisch in de lade blijven liggen, en dat tijdschriften die echt onafhankelijk willen functioneren nauwelijks het hoofd boven water kunnen houden.

Uit onderzoek blijkt telkens opnieuw dat binnen elke psychotherapievorm de therapeutische verhouding de meest werkzame factor is. De DSM gaat daaraan volledig voorbij. Bij deze aanpak ligt alle nadruk op de objectiverende blik en moet de patiënt gecatalogeerd worden binnen een aantal vooraf gedefinieerde criteria, die letterlijk aan- of afgevinkt kunnen worden.

Binnen de (DSM) redeneertrant gaat er geen aandacht meer naar de etiologie en verdwijnt op die manier een van de belangrijkste ontdekkingen van de klassieke psychiatrie, namelijk het evolutieve of dynamische aspect van psychische moeilijkheden, samen met het belang van de omgeving.

DSM-diagnoses dienen niet voor behandeling, stellen wetenschappelijk weinig tot niets voor, maar kunnen iemand wel levenslang achtervolgen.

Een combinatie van de verdwijning van een ruimere etiologische visie, een beperking van de stoornis tot het individu en een toenemende farmacologisering gaat lijnrecht in tegen de bevindingen van de Wereld Gezondheidsorganisatie: dat in elke culturele, gender- en leeftijdscategorie de allerbelangrijkste risicofactor voor mentale gezondheid neerkomt op sociale ontwrichting, en dat de belangrijkste risicofactor voor zelfdoding sociale isolatie is.

De therapeutische verhouding en de mate waarin een patiënt actief kan deelnemen aan een behandeling zijn zeer bepalend voor een positief resultaat.

Een behandeling waarin men gelooft levert betere resultaten op dan een behandeling waarin men niet gelooft.

In de VS wordt het niet voorschrijven van medicijnen aan psychotische patiënten tot ‘malpractice’ gerekend, met kans op gerechtelijke vervolging. Onderzoek naar eventuele psychologische factoren in de ontstaansgeschiedenis van psychosen gebeurt nauwelijks nog. De zeldzame onderzoeken die het stabiliserende effect van psychotherapie bij psychose aantonen, krijgen weinig aandacht.

De intolerantie ten opzichte van het verschil neemt hand over hand toe, vaak vermomd onder termen als emancipatie, integratie, aanpassing en mondialisering. We hebben dringend, heel dringend een herwaardering nodig van het verschil.

Heel wat mensen komen tegenwoordig op consultatie met een zinverleningsproblematiek waarvoor de klassieke therapie niet geschikt is.