Schrijver en filmmaker Daniel Mackler besprak zijn indrukken over het Finse Open Dialoog-model, een alternatieve benadering voor de behandeling van psychose, waarover hij een documentaire maakte. Ik vertaalde hieronder enkele fragmenten. De volledige tekst vind je hier.
Wat me sterk opviel tijdens gesprekken die ik had met patiënten van het Open Dialoog-model in West Lapland is dat niemand van hen bitter of ongelukkig was over de psychiatrische behandeling die ze kregen. De termen “psychiatrie” en “behandeling” hadden voor hen geen negatieve connotatie. Dat vond ik vreemd, omdat ik beide termen en vooral “psychiatrie” als inherent negatief beschouw. En dat heeft alles te maken met mijn eigen ervaringen met beide, zowel persoonlijk als professioneel.
Wat ik hoorde van de Finse mensen die hulp zochten was dat ze vonden dat het Open Dialoog-systeem rechtvaardig en eerlijk was. Ze herhaalden ook meermaals dat het “normaal” aanvoelde voor hen. Interessant genoeg bleek dat de meesten onder hen er geen flauw idee van hadden dat de psychiatrie meestal gehaat en gewantrouwd wordt op vele plaatsen in de wereld en zelfs in delen van hun land. Toen ik hen dat vertelde waren ze oprecht verbaasd, omdat dat niet overeenstemde met hun ervaringen. Dit was de aanleiding voor hen om te vertellen over de dingen die ze fijn vonden aan hun systeem. En ze vonden vele dingen fijn:
Ze hielden van de openheid en eerlijkheid van de therapeuten. Boven alles apprecieerden ze dat hun eigen stem gehoord en gewaardeerd werd. Ze vonden het fijn dat ze belangrijke inspraak hadden over of ze er al dan niet bij gebaat zouden zijn met psychiatrische medicijnen. Ze waardeerden het feit dat er hen alternatieven voor medicatie werden aangereikt. Ze vonden het fijn dat, wanneer ze in crisis waren, ze familie en vrienden en belangrijke andere mensen uit hun leven konden uitnodigen op therapievergaderingen, als ze dat wensten. Ze apprecieerden het feit dat ze konden luisteren naar wat therapeuten tegen elkaar te zeggen hadden over hen. Ze vertelden me dat ze vonden dat ze het recht hadden te horen wat de therapeuten dachten! En lijkt dat niet meer dan logisch?
Wat ze ook goed vonden, was dat hun therapeuten onmiddellijk beschikbaar waren tijdens hun crises en hen niet maanden op een bureaucratische wachtlijsten zetten. Ook dat de therapeuten hen de keuze lieten of ze thuis bezocht zouden worden of dat ze zelf naar het ziekenhuis kwamen. Dat hospitalisatie enkel gebruikt werd als de veiligheid in het gedrang was en dat het nooit lang duurde. Wat ze ook fijn vonden was dat bezoekers zoals ik zo geïnteresseerd waren in wat er gebeurde met Open Dialoog – en ook geïnteresseerd waren in hun leven. Velen onder hen wilden graag weten wat ik zelf dacht over hun leven, hun situatie en over hun therapie. En omdat het Open Dialoog was, en omdat ik me veilig voelde, gaf ik hen mijn mening. En ze waardeerden dat. En het voelde zelfs therapeutisch aan – en dat deed me goed.
Eén Finse jongeman die, samen met zijn familie, hulp zocht tijdens een emotionele crisis, vertelde me iets interessants toen ik hem vroeg wat hij vond van hun Open Dialoog psychiatrisch systeem. Hij antwoorde: “Wel, het is een beetje zoals de waterdistributie van de stad – ze doen hun werk goed. Wanneer je de kraan opendraait in de keuken weet je dat er goed en zuiver water uit komt en dat je het kunt drinken of ermee kunt koken. Je hebt er vertrouwen in dat het goed functioneert en dat je niet ziek zult worden van het water. Hetzelfde geldt voor psychiatrie hier – we vertrouwen hen. Wanneer we in de problemen zitten, gaan we naar hen toe. Ze zijn betrouwbaar, ze zijn begaan met ons en ze doen hun werk goed. Ze helpen ons. Ze maken ons leven beter. Dat is gewoon normaal. Maar eigenlijk denken we er niet echt veel over na. Het is zoals de waterdistributie – we verwachten dat het werkt en dat doet het ook.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten